Vogelopvang Utrecht bestaat 25 jaar!

Overleven van de winterkou
Oprichter Barend Selles is inmiddels 81 jaar. Al op 5-jarige leeftijd was hij gek van vogels en kende hij alle vogelsoorten uit het boek van zijn vader uit zijn hoofd. Tijdens de strenge winters begin jaren 80 dreigden veel vogels te verhongeren. Barend ”Dit mocht niet gebeuren! Dus samen met een aantal vogelvrienden besloten we ervoor te zorgen dat alle vogels uit Utrecht en omstreken bijgevoederd zouden worden.” Barend overtuigde een aantal bakkers om brood te doneren. Vrijwilligers haalden dit brood op, verzamelden het in een centraal gebouw in Amelisweerd, braken het in stukjes en verdeelden het in zakken. Deze zakken werden opgehaald door de politie. Barend: “De politie hielp ons enorm. Met politiewagens verspreidden zij het voer door Utrecht en zij namen het zelfs mee in de helikopter om zo de vogels op moeilijk bereikbare plekken te kunnen voeren vanuit de lucht!”

De oprichting van Vogelopvang Utrecht
Omdat een aantal vogelasiels in de buurt met sluiten bedreigd werd, was er een grote kans dat zieke en zwakke vogels nergens meer terecht konden. Om deze vogels te kunnen helpen besloot Barend een nieuw vogelasiel, Vogelopvang Utrecht, op te richten.

Ook de gemeente Utrecht zag in dat een vogelasiel echt noodzakelijk was en stelde een stukje grond beschikbaar. Barend kreeg hulp van verschillende mensen, waaronder Ron Kalkhoven (nu 48 jaar), die beheerder werd. Maar geld was er niet. Er moesten dus fondsen gezocht worden. Barend: “Wij waren continu op zoek naar geld voor de Vogelopvang. Gelukkig had ik een groot netwerk en kwam nogal eens op verjaardagsfeestjes van mensen van het ministerie, waar ik dan om geld vroeg. Met een grapje lukte dat vaak nog ook.” Daarnaast spoorden Barend, Ron en de andere vrijwilligers overal gratis materialen op. Maar ze investeerden ook hun eigen geld.  Ze bouwden alles zelf, van muurtjes metselen tot kooien in elkaar lassen en een vijver uitgraven. Gelukkig waren zij erg handig. Veel van wat zij toen bouwden is nu nog steeds in gebruik!

Beperkte ruimte
De eerste 8 jaar was er slechts één gebouwtje (het huidige voerhok), een vijver en één volière.  Het voerhok werd destijds gebruikt als quarantaine voor de zieke vogels, als opslag én als koffiedrinkplek in één! Door het ruimtegebrek nam Barend de Vogelopvang soms letterlijk mee naar huis. Barend: “Ik moet eerlijk zeggen dat mijn vrouw er niet echt van gecharmeerd was als ze weer eens gesnater uit onze badkuip hoorde komen.” Pas jaren later kon de Vogelopvang uitgebreid worden met een stukje tuin van de buren en konden de huidige quarantaineruimte en volières gebouwd worden.

Samen ervoor gaan
Barend en Ron deden al dit werk vrijwillig naast hun betaalde baan. Ron: “Gedurende de 16 jaar dat ik voor de Vogelopvang gewerkt heb, gingen al mijn vrije uren erin zitten, elke avond en elk weekend.” Gelukkig waren Barend en Ron niet de enige betrokkenen. Inmiddels was er een hechte gezellige groep zeer gemotiveerde vrijwilligers ontstaan die allemaal meehielpen.

Verzorging van vogels
Maar hoe verzorg je wilde vogels eigenlijk? Om dat te leren zijn alle vrijwilligers net na de oprichting van de Vogelopvang op stage geweest bij een erkend vogelasiel in Rotterdam, waar zij heel veel geleerd hebben. Ook kregen zij hulp van een dierenarts die zijn diensten gratis aanbood.

De opvang liep al snel goed. Het eerste jaar dat de Vogelopvang open was, kwamen er nog “maar” 500 vogels binnen. Het tweede jaar was dit aantal verdubbeld en tegenwoordig vangt de Vogelopvang zo’n 3000 vogels per jaar op.

Intussen gingen de vrijwilligers door met bouwen en met het werven van fondsen en materialen. Ron: “De futenbak hebben we gemaakt van een oude dokabak en de groene bakken in de natte ruimte van oude meervalbakken die ik bij de universiteit heb kunnen lospeuteren”.

In de loop der jaren is de Vogelopvang steeds verder geprofessionaliseerd. Zij werd dan ook benoemd tot “Erkend Vogelasiel”door de Vogelbescherming.

Trots
Na ruim 20 jaar intensief voor de Vogelopvang gewerkt te hebben, moest Barend helaas stoppen. Barend: “Mijn vrouw begon gezondheidsproblemen te krijgen en ik moest er gewoon zijn voor haar”. Ron: “Na de geboorte van mijn tweede kind moest ik mijn prioriteit echt bij mijn gezin leggen”.

Half actief blijven voor de Vogelopgang was geen optie voor deze heren. De Vogelopvang is hun kindje. Voor hen was het alles of niets.

Barend en Ron kijken trots terug op al het werk dat zij en de andere vrijwilligers verricht hebben. Barend: “Gewonde, zieke en verzwakte wilde vogels uit Utrecht en wijde omstreken hebben al 25 jaar een veilige haven waar ze rustig kunnen herstellen en aansterken. Daarna worden ze weer losgelaten in de natuur om door te gaan met hun vrije leventje. Dat is toch waar je het uiteindelijk allemaal voor doet”.

Oprichter Barend Selles met jonge houtduif

Oprichter Barend Selles met jonge houtduif